De stille dood van Biedermeier: Armoede en Schubert in beeld
Ontdek Biedermeier Wenen: armoede, Schubert en de lang vergeten tegenstellingen van die tijd.

De stille dood van Biedermeier: Armoede en Schubert in beeld
Wenen was rond 1820 een plaats vol tegenstellingen, gekenmerkt door culturele welvaart maar ook door enorme armoede en ziekte. Dit fascinerende tijdperk dat we Biedermeier noemen, wordt verkend in de nieuwste aflevering van de podcast van vlinder gedetailleerd onderzocht door Florian Klenk en Christian Reiter. De twee experts zijn toegewijd aan het leven van de beroemde componist Franz Schubert, wiens stoffelijk overschot onlangs werd onderzocht. Het leven van Schubert is een voorbeeld van de uitdagingen van het Biedermeier-tijdperk, gekenmerkt door beperkingen en het nastreven van artistieke expressie ondanks ongunstige omstandigheden.
De situatie van kinderen in Wenen was bijzonder zorgwekkend: rond 1820 werd ongeveer 80% van de buitenechtelijk geboren kinderen naar vondelingen gestuurd, en een schokkende 90% van hen stierf voortijdig binnen het eerste levensjaar. Armoede was wijdverbreid en veel huishoudens hadden geen mogelijkheid om een gezin te stichten. Gebrek aan geld, gebrek aan woonruimte en gebrek aan vooruitzichten waren aan de orde van de dag. In deze context groeide Schubert op in een lerarengezin en werd koorknaap, assistent-leraar en uiteindelijk huismuzikant voor edelen - totdat zijn vroege dood op 31-jarige leeftijd hem het leven kostte.
Het Biedermeier-tijdperk en de betekenis ervan
De Biedermeierperiode, die liep van 1815 tot 1848, is meer dan alleen een literaire of artistieke stroming. Luidruchtig Wikipedia Het was een reactie op de Napoleontische oorlogen en weerspiegelt de politieke stabiliteit onder Klemens von Metternich. Een van de opvallende kenmerken van dit tijdperk is de groei van de middenklasse, die tot uiting kwam in literatuur, muziek, beeldende kunst en interieurontwerp. De kunst van deze tijd was kalm, huiselijk en vaak beïnvloed door onderwerpen uit het privéleven.
De Biedermeier-cultuur waardeerde affect, gevoeligheid, gematigdheid en bescheidenheid; Waarden die tot uiting kwamen in het werk van belangrijke kunstenaars als Beethoven, Schubert en de schilders Carl Spitzweg en Ferdinand Georg Waldmüller. Wat vooral opvalt is dat politieke kwesties vaak naar de achtergrond verdwenen, terwijl binnenlandse en alledaagse zorgen een centrale rol speelden. Deze terugkeer naar het alledaagse werd ook bevorderd door technische en economische veranderingen zoals het begin van de spoorwegaanleg en de aanleg van waterleidingen.
De sociale realiteit
Ondanks de culturele bloei was de werkelijkheid voor veel Weners anders. Het burgerlijke leven werd grotendeels bepaald door de tegenstellingen van die tijd. De helft van alle huishoudens werd getroffen door het feit dat echtgenoten geen toekomstperspectief hadden. Een gevoel van opsluiting en een naoorlogse mentaliteit karakteriseerden mensen, terwijl ze tegelijkertijd streefden naar een beter leven.
Een indrukwekkend voorbeeld van dit tijdperk is te vinden in het schilderij “Het pionnenspel van de familie Alt in de tuin”, gemaakt rond 1840 door Franz Alt. Het beeldt het leven uit de middenklasse af en maakt deel uit van de collectie van het Weense Museum. Deze foto illustreert hoe de Biedermeier-periode eruit zag: een mengeling van hoop en wanhoop, van kunst en het dagelijks leven. Het was een culturele bloeitijd, waarin veel belangrijke persoonlijkheden naar voren kwamen die de Weense samenleving vandaag de dag nog steeds vormgeven.
Door naar de Biedermeier-periode te kijken, kunnen we niet alleen de kunstwerken en literaire stromingen van die tijd begrijpen, maar ook de sociale omstandigheden die het leven van mensen zo'n 200 jaar geleden bepaalden. Het laat ons zien hoe diep het verlangen naar een beter leven was in een moeilijke tijd en hoe dit verlangen ook de cultuur van dit tijdperk vormde. Een fascinerend hoofdstuk uit de Weense geschiedenis dat nog steeds actueel is.