Gezondheidstop in Oost-Oostenrijk: akkoord voor betere zorg?

Gezondheidstop in Oost-Oostenrijk: akkoord voor betere zorg?

Wat is er aan de hand in de oostelijke regio van Oostenrijk? Een onderwerp dat momenteel voor veel discussie zorgt is de gezondheidszorg in Wenen, Neder-Oostenrijk en Burgenland. Een voorstel van de Weense burgemeester Michael Ludwig (SPÖ) om de medische zorg gezamenlijk te beheren, wordt eindelijk met open oren ontvangen. Zowel het Oostenrijkse ziekteverzekeringsfonds (ÖGK) als de gouverneur van Neder-Oostenrijk, Johanna Mikl-Leitner, zijn nu bereid om te praten. Deze verschuiving kan verstrekkende gevolgen hebben voor het gezondheidszorglandschap in de regio.

De burgemeester stelt voor dat alle terreinen van de gezondheidszorg, van ziekenhuiszorg en patiëntendistributie tot praktiserende artsen en hulpdiensten, in een paritair comité worden gepland. Dit is vooral relevant omdat Wenen in 2024 610 miljoen euro extra moet inzamelen voor de zorg voor gastpatiënten. Ongeveer 80% van deze patiënten komt uit Neder-Oostenrijk en 12% uit Burgenland. “We zijn in dialoog en ik sta nog steeds open voor discussies”, maakt Ludwig duidelijk. ÖGK-directeur Andreas Huss steunt het plan en roept op tot gereguleerde financiering om de stijgende kosten het hoofd te bieden en een efficiënt aanbod te garanderen.

Eén regio, veel behoeften

Een blik op de cijfers laat de omvang zien: ongeveer 20% van de Neder-Oostenrijkers en 18% van de Burgenlanders wordt behandeld in ziekenhuizen in Wenen. “We moeten de kosten samen dragen en de oostelijke bevoorradingszone efficiënt plannen en financieren”, eist Huss. Zijn betoog is gebaseerd op het structuurplan voor de gezondheidszorg, waarin vier bevoorradingszones in Oostenrijk worden geschetst, waaronder de dringend noodzakelijke oostelijke bevoorradingszone.

Naast het puur financiële aspect stelt Huss voor om de gezamenlijke planning uit te breiden met belangrijke vragen over ziekenhuislocaties en noodzakelijke faciliteiten. Huss is er zeker van dat niemand mag onderhandelen ten koste van de patiënt. Deze kwestie wordt steeds explosiever, vooral gezien het feit dat er jaarlijks 500 miljoen euro via financiële egalisatie naar Wenen stroomt om bepaalde diensten te dekken. Hoewel Mikl-Leitner bereid is mee te werken, zet hij vraagtekens bij de door Wenen opgegeven kosten en roept hij op tot meer transparantie. “Een nauwkeurig gesprek aan tafel is noodzakelijk, in plaats van achter de rug van de patiënt”, zegt Huss.

Waar leidt het pad heen?

Een gezondheidstop om de uitdagingen op te lossen zou de volgende stap kunnen zijn die Ludwig in het spel brengt. Of de ontwikkeling van een gemeenschappelijke strategie voor de oostelijke regio daadwerkelijk tot stand zal komen, hangt af van de onderhandelingen – volgens Huss kunnen deze ‘op elk moment’ beginnen, vooral met het oog op de volgende financiële egalisatie. Zoals al uiteengezet in het Oostenrijkse Structurele Gezondheidsplan (ÖSG), moeten de zorgnormen landelijk worden geharmoniseerd om over- of onjuiste zorg te voorkomen en de best mogelijke zorg te garanderen.

De beginsituatie lijkt dus spannend. Met de ÖSG 2023, die sinds december 2023 van kracht is, zijn de voortekenen goed voor een doordachte en integratieve gezondheidszorg in de regio. Uiteindelijk zal de samenwerking van alle betrokkenen echter cruciaal zijn om het zorglandschap in de oostelijke regio duurzaam te maken.

De komende maanden zullen uitwijzen of de positieve signalen uit Wenen ook tot concrete stappen leiden. Burgers hopen op oplossingen die niet alleen financieel haalbaar zijn, maar ook de kwaliteit van de gezondheidszorg in de oostelijke regio waarborgen.