De rode wandeling: Antifa begint de strijd tegen het fascisme in Wenen!
Het artikel werpt licht op de historische antifascistische actie in Oostenrijk, de oorsprong ervan, belangrijke gebeurtenissen en het verzet tegen het fascisme.

De rode wandeling: Antifa begint de strijd tegen het fascisme in Wenen!
Op 4 november 2025 zal Wenen terugkijken op een bewogen geschiedenis van antifascistische actie die zijn wortels heeft in de jaren dertig. ‘Antifa’, zoals het tegenwoordig vaak wordt genoemd, begon niet als een geformaliseerde organisatie, maar groeide eerder uit een politieke praktijk die reageerde op de dreiging van het fascisme. In mei 1932 werd de “Antifascistische Actie” gelanceerd door de Communistische Partij van Duitsland (KPD), een model dat later werd overgenomen door de Communistische Partij van Oostenrijk (KPÖ) om een breed arbeidersfront tegen het fascisme te vormen, zoals junge Wereld.
Het hoogtepunt van de antifascistische activiteit in Oostenrijk werd bereikt op 4 september 1932, toen ongeveer 10.000 antifascisten zich verzamelden in de Engelmann Arena om de verschijning van Adolf Hitler in Wenen te voorkomen. Dit was niet zonder risico, aangezien de periode werd gekenmerkt door gewelddadige botsingen tussen politieke groeperingen. Ondanks officiële verboden mobiliseerde de KPÖ haar aanhangers via folders en de partijkrant “Die Rote Fahne”. Hoewel de Oostenrijkse Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) er officieel niet bij betrokken was, sloten veel van haar aanhangers zich aan bij het protest, meldt wikipedia.
Antifa als reactie op politiek extremisme
De invloed van de Antifascistische Actie in deze periode mag niet worden onderschat. Bij de deelstaatverkiezingen in Wenen in april 1932 behaalde de NSDAP 17,4 procent – een zorgwekkend signaal voor het toenmalige politieke landschap. De KPÖ riep alle arbeidersklassen op om samen op te komen tegen het fascisme. Bijzonder opvallend was 18 september 1932, toen de NSDAP een vervangend evenement plande onder leiding van Joseph Goebbels en een parade begeleid door paramilitaire eenheden. Als reactie daarop riep de KPÖ op tot een ‘rode wandeling’ om de nazi-mars te verstoren, wat leidde tot gewelddadige botsingen met de bewaker, zoals junge Welt documenteert.
Een folder van de Antifascistische Actie beschreef deze bijeenkomst als de “eerste daad” in de strijd tegen het fascisme en de politieterreur. Deze vorm van massamobilisatie bleek effectief en de toenmalige regering was genoodzaakt Hitlers geplande bezoek aan Wenen af te gelasten – wat een enorm gezichtsverlies betekende voor zowel de NSDAP als de regering. ‘Hitlerdag’ in Wenen ging niet door.
Langetermijneffecten en moderne parallellen
Niet alleen probeerden de KPÖ en haar aanhangers Hitler tegen te houden door middel van organisatorische kracht, ze hielden ook een zelfverdedigingsnetwerk in stand dat bescherming bood aan nazi-doelgroepen, een strategie die tot op de dag van vandaag voortduurt. De Antifascistische Week, die vervolgens in 1932 werd opgericht, was het antwoord van de KPÖ op een Gau-partijconferentie van de NSDAP – een duidelijk gepolitiseerde tegengebeurtenis. Deze actie en de gehele antifascistische beweging in Oostenrijk begonnen in belangrijke mate met de mobilisatie van 4 september 1932, die achteraf gezien wordt gezien als het begin van georganiseerd antifascistisch verzet.
De geschiedenis van Antifa in Oostenrijk laat zien dat de strijd tegen het fascisme niet simpelweg in de geschiedenisboeken eindigt, maar een levendige en noodzakelijke vorm van politiek engagement blijft vertegenwoordigen die nog steeds relevante parallellen vertoont met moderne protesten en bewegingen van vandaag. Deze ontwikkeling kan ook worden gezien in de bredere context van de antifascistische actie in Europa, die een belangrijke rol speelde in verschillende historische fasen, zoals wikipedia uitlegt.